Portugees dichter (Ponte do Lima 1 Juni 1860 - Stockholm 20 Juni 1917), is volgens sommigen de laatste Portugese lyricus. Ter gelegenheid van de eeuwfeesten van Camões verscheen zijn eerste werk: Sacerdos magnus (1881) een episch-lyrisch gedicht waarmede hij dadelijk de aandacht op zich vestigde.
Een van zijn bekendste gedichten 0 leque (de waaier) werd in het begin van deze eeuw dikwijls en met groot succes in de Portugese salons voorgedragen, waar ook andere verzen van de schrijver werden gedeclameerd. Hij werd te Coimbra doctor juris in 1883, ging in 1886 in diplomatieke dienst en overleed als gezant van Portugal in Zweden.Bibl. (beh. de geD.): Transfiguraçoes (1882); Lyricas e bucólicas (1884); A janela do Ocidente (1885); Cancioneiro Chinês (1890); A Ilha dos amores (1897); Bailatas (1907). Voorts een studie: A instrucao püblica na Suécia (1897). Posthuum verschenen: Sol de Invemo; Novas bailatas (1926). Poesias completas de A. Feijó (uitg. d. Gemeentebest. v. Ponte do Lima).
Lit.: M. Anselmo, A païsageum e a melancolia no drama de F. (2de ui tg. 1937).