Generaal der Jezuïeten (Berisal, Zwitserland, 3 juni 1819 - Fiesole 18 Jan. 1892). Hij trad op 19-jarige leeftijd in de orde der Jezuïeten.
Toen in 1847 de Jezuïeten uit Freiburg verdreven werden, begaf hij zich naar Piemont en toen ook hier in 1848 de orde werd verbannen, vertrok hij met andere leden der orde naar Amerika. Hij werd er pastoor te Greenbay, maar keerde in 1851 naar Duitsland terug, om er als missionaris werkzaam te zijn. In 1853 werd hij rector te Keulen, in 1870 assistent van den generaal en in 1884 generaal-overste van zijn orde.