Italiaans geneesheer (Bologna 1463-1512). Hij was een vurig aanhanger van Aristoteles en was als anatoom verreweg de grootste der voorgangers van Andreas Vesalius — hij staat verre boven een Carpi, Sylvius, Femel en Genthier d’Andersnach.
Hij ontdekte en beschreef o.a. de valvula ileo-coecalis, de hamer, het aambeeld en de doolhof {z oor), zonder zich op zijn vondsten zeer te laten voorstaan. Zijn vele observaties bezorgden hem grote naam en zijn dood was voor de universiteiten van Bologna en Padua een groot verlies.