Frans en Latijns dichter (Bayeux in Normandië, ca 1385 - ca 1433), was o.a. secretaris van Karel VII. Wijsgerig gevormd, wist hij zijn gedachten in heldere, maar opgesierde taal weer te geven.
Zijn verzen bereiken een voor die tijd buitengewone rhythmische volmaaktheid, doch zijn eentonig. Zijn Bréviaire des nobles, een vormenleer voor jonge edellieden, in balladen, werd door zijn tijdgenoten zeer geroemd; uit zijn Belle dame sans merci (1424) ontstond een gehele literatuur. Het ongeluk van zijn vaderland inspireerde hem tot gedichten als le Livre des quatre dames (geschreven kort na de slag bij Azincourt, 1415) en Le Lay de paix, alsmede zijn beroemde Quadrilogue Invectif (1422), dat men als het begin der Franse welsprekendheid beschouwt.Bibl.: De enige voll. uitg. is die van A. Du Chesne (1617). Verder o.a. le Q. Inv. door E.
Droz (Paris 1923), Curial door E. Heuckenkamp (Halle 1899) en B. dame s.m. door A. Praget.
Lit.: Pierre Champion, Histoire Poétique du XVe siècle, I.
