heden ten dage de Archipel (een verbastering van Aigaion Pelagos), door de Nieuw-Grieken Aspri Thalassa en door de Turken Ak-Deniz geheten, is een gedeelte van de Middellandse Zee tussen het Balkanschiereiland en Klein-Azië. Zij is van het N. naar het Z. 670 km lang, gemiddeld 300 km breed en heeft een oppervlakte van 196 350 km2.
Door eilandengroepen (Sporaden en Cycladen), wordt zij in verschillende kleine bekkens verdeeld, welke in de dagen der Oudheid bepaalde namen droegen, zoals de Thracische, de Cretische, de Myrtdische, de Carpatische en de Icarische Zee. De kusten zijn in het algemeen, evenals de eilanden, bergachtig, steil en rijk geleed, maar niet zeer volkrijk.De grootste diepte heeft de Aegeïsche Zee bij Kreta: 2250 m. De zee is druk bevaren door de grote koopvaartlijnen op de Levant, op Konstantinopel en op de Zwarte Zee en op de Griekse havens. Ook de kustzeilvaart speelt hier nog een rol. Zij maakt gebruik van de hier tamelijk regelmatig waaiende etesiën, dat zijn noordelijke winden. Deze winden drijven het zeewater langs de Griekse kust als een zuidelijk gerichte zeestroming weg. Hierdoor komt langs de kust van Klein-Azië een noordelijk gerichte compensatiestroom naar binnen; een andere aanvulling komt uit de Dardanellen als, minder zout, Zwarte Zeewater.
