Een Protestantsch godgeleerde, werd geboren te Niort in 1659. Hij nam de wijk uit Frankrijk naar de Nederlanden, en van hier naar Berlijn, waar hij hofprediker werd van den koning van Pruissen.
Hij schreef verschillende werken, onder anderen “Histoire du Manichéisme (Amsterdam, 1734 -1739),” en overleed in 1731.
Zijn zoon Charles Louis, in 1690 te Dessau geboren, was desgelijks een schrijver over godgeleerde onderwerpen, terwijl een jongere broeder van dezen, Louis genaamd en in 1730 te Berlijn geboren, door Frederik de Groote ongemeen begunstigd werd, zoodat hij zich eerst te Frankfort en toen te Parijs op de letteren toelegde en na zijn terugkeer te Berlijn geheimraad des Konings en lid der Academie werd. Hij heeft onderscheidene wijsgeerige, staathuishoudkundige en letterkundige boeken geschreven, onder anderen “Introduction générale à l’étude de la poli- tique des finances et du commerce (Berlijn, 1771)” — en overleed in 1784.
