(Actius of Atius). Wij vermelden twee personen van dien naam, te weten:
Attius Naevius of Attus Navius, een beroemden augur (vogelwigchelaar) in de dagen van koning Tarquinius Priscus. Hij verbood aan dezen, om bij de riddercenturiën, door Romulus verordend, nieuwe te voegen. De koning wilde de feilbaarheid van den augur ten toon stellen en legde hem de vraag voor, of het wel mogelijk was, te volbrengen , wat hij (de koning) nu voornemens was? Toen Attius hierop een toestemmend antwoord had gegeven, haalde Tarquinius een wetsteen uit zijn gewaad en verklaarde dat het zijn voornemen was, dien met een scheermes door te snijden. De omstanders begonnen te lagchen, maar de augur bleef kalm en eischte, dat de koning het beproeven zou, — en zie, deze sneed er zonder moeite doorheen.
Attius, een uitstekenden dichter en schrijver, den zoon van een vrijgelaten slaaf. Hij werd geboren omstreeks het jaar 90 vóór Chr. en was de mededinger van Pacuvius. Hij leverde gedeeltelijk vrije navolgingen van Grieksche treurspelen, gedeeltelijk oorspronkelijke stukken. Hij wordt ongemeen geprezen door Cicero. Van zijne geschriften zijn slechts enkele fragmenten bewaard gebleven.
