Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 11-01-2018

As

betekenis & definitie

As is de naam van een oud-Romeinsch koperen geldstuk, door Servius Tullius ingevoerd en tot aan het einde der Republiek als munt-éénheid voor de koperen muntstukken gebruikt, zoodat deze veelvouden of deelen waren van het as. Oorspronkelijk was dit een Romeinsch pond van 12 ons, maar het onderging in den loop der tijden herhaalde malen eene verandering.

Volgens Plinius werd het in den eersten Punischen oorlog op ⅙ van zijne aanvankelijke waarde gebragt, onder het dictatorschap van Q. Fabius Maximus op 1/12 en niet lang daarna door de “lex Papiria” op 1/24. Vandáár de benamingen as sextantiarius, as uncialis, as semuncialis, om het te onderscheiden van het ponds-as (as libralis of aes grave). De waarde van dit laatste was gelijk aan 1/10 van een denarius, en er gingen 96 denariën op een pond zilver. Als deelen van het as kent men : uncia (1/l2), sextans (1/6), quadrans of teruncius (1/4) triens ( 1/2), quincunx (5/12), semis (1/2) en dodrans ( 3/4). Talrijke veelvouden, van dipondius (2 as) of tot censussis (100 as toe, hadden eigenaardige namen. Het volle as droeg het getalmerk I en ook wel 12 bolletjes of de letter L (libra). De deelen werden door bolletjes, de veelvouden door de daarmede overeenkomstige Romeinsche cijfers aangewezen. Daarenboven dragen zulke munten der Romeinsche republiek op de voorzijde de afbeelding van den voorsteven van een schip en op de achterzijde de borstbeelden van verschillende godheden, namelijk het as een Janus, de semis een Jupiter, de triens eene Minerva, de quadrans een Hercules, de sextans een Mercurius en de uncia eene Roma. Ook had men assen, die door bepaalde familiën waren ingevoerd en met andere beelden gestempeld. Zoo heeft men er van de Gens Cornelia en Licinia met eene Victoria, van de Gens Marcia met de koppen van Numa en Ancus, van de Gens Terentia met eene zogende wolvin enz.

As was tevens de naam van een gewigt, van één pond, dat 12 Romeinsche oncen telde, en het denkbeeld van eenheid werd ook op landen, erfgenamen enz. overgedragen; bijvoorbeeld een “haeres ex asse” was een universeel erfgenaam.

Het woord as is in onze taal aas (zie onder dat woord), en men gebruikte het om een der kleinste onderdeelen van een pond aan te duiden. Een oud-Nederlandsch aas was gelijk aan 0,048063 Ned. wigtjes.