Anachoreten zijn menschen, die zich afscheiden van het gewoel des maatschappeIijken levens,— kluizenaars, die den spot, de bekoring en de ongodsdienstigheid der wereld in eenzame woestijnen en onbewoonde gewesten, in holen en grotten ontvlieden en hier zich voeden met wortels en vruchten, terwijl zij een gestreng zedelijk, bespiegelend en Gode gewijd leven leiden. Tot voorbeelden stellen zij zich Christus gedurende zijne 40-daagsche afzondering, Joannes de Dooper en Elias.
De hooggeroemde anachoreet Paulus van Thebe, die in de 4de eeuw leefde, wekte door zijn voorbeeld duizenden tot navolging en weldra waren de woestijnen van Egypte, Syrië, Palaestina en Klein-Azië bevolkt met anachoreten, wier eenige bezigheid bestond in bidden, vasten en allerlei pijnigingen, om het vleesch te dooden, Gode te behagen of misschien ook wel eens de bewondering hunner medemenschen te verwerven. Door hun groot aantal kwam aan het eigenlijke kluizenaarsleven een einde. Er ontstonden vereenigingen van anachoreten, waaraan de H. Antonius (♰ 356) in de woestijn van Thebe het eerst vaste ordensregels voorschreef. Op deze wijze verrezen de eerste kloosters. Maar nog altoos werden er gevonden, die zich in volkomene eenzaamheid afzonderden en tegen hun ligchaam woedden. Zij stelden zich Simeon de Pilaarheilige (420) tot voorbeeld.
De invloed der anachoreten en monniken was in het Oosten ver van gering. Zij beschikten over de gevoelens en ook over de ligchaamskracht der menigte, die hen als heiligen vereerde, en zij vormden in de hand der bisschoppen een aanzienlijk leger, dat in den strijd tegen Heidenen en Ketters zich om geene verordeningen bekreunde en geene menschelijkheid kende. In het Westen daarentegen vonden de anachoreten een minder geschikt klimaat. De kluizenaars, die men er weleer aantrof, waren monniken, die van hunnen abt verlof hadden ontvangen om zich op eene eenzame plek te vestigen, terwijl zij naar den regel van hunne orde leefden. Monniken, die eene afzonderlijke cel bewoonden, werden ook wel anachoreten genaamd.
Wij zien in alle Oostersche godsdiensten dergelijke verschijnselen; ook de Israëlieten hadden hunne anachoreten, die de namen droegen van Esséërs en Therapeuten. Men zie onder die woorden.