Gepubliceerd op 22-11-2018

Oprapen

betekenis & definitie

Oprapen (raapte op, heeft opgeraapt), van den grond opnemen: hoeken, pennen oprapen;

men heeft het daar maar voor ’t oprapen, men behoeft geen meer moeite ervoor te doen dan te bukken en het op te nemen; (ook) men vindt het daar in grooten overvloed; (fig.) dat is geen oprapens waard, het heeft geene waarde hoegenaamd;
— waar heeft hij die nieuwtjes, praatjes opgeraapt ?; opgeduikeld? hoe komt hij er aan?
— in haast bijeenbrengen : een opgeraapt leger, een woeste hoop;
— hij is van de straat opgeraapt, is van minne afkomst;
—(bij het breien) gevallen steken oprapen, opnemen.

< >