KRUISKAP, m. kruishouw;
...KARPER, m. (-s), (nat. hist.) steenkarper;
...KERK, v. (-en), kruisvormig gebouwde kerk; kerk, aan het Heilige Kruis gewijd; de Christelijke kerk;
...KLAMP, m. (-en), (zeew.) kruisbeting;
...KLAMPLASCH, v. (...lasschen), (zeew.) lasch, die uit twee haaklasschen in tegenovergestelde richting bestaat;
...KOEPEL, m. (s), (bouwk.) koepel boven de kruising van hoofdbeuk en dwarsbeuk eener kerk;
...KOOL, v. houtskool;
...KOZIJN, o. (-en), (bouwk.) kozijn aan een venster;
...KRING, m. (sterr. en aardr.) kring, welke den evenaar en den dierenriem in vier gelijke deelen scheidt.