Gepubliceerd op 24-02-2020

Brassen

betekenis & definitie

Het begrip brassen heeft 2 verschillende betekenissen:

1. brassen - BRASSEN, (braste, heeft gebrast), overdadig lekker eten en drinken; gulzig smullen;
— (Zuidn.) met het eten morsen, het op de tafel, op zijne kleeren laten vallen;
— (Zuidn.) het veevoeder bereiden en het vee er mede vetmesten.

2. brassen - BRASSEN, (braste, heeft gebrast), (zeew.) de raas, de zeilen door middel der brassen naar den wind richten: bak brassen, bakzeil brassen; levendig brassen; scherp bij den wind brassen; vierkant brassen; vol brassen of volbrassen; goed, vol gebrast zeil;
— (flg.) je kunt wel volbrassen, ophoepelen, maken dat je wegkomt. BRASSING, v.