brassen
1) (16e eeuw) (stud. Delft) oorspr: feestvieren, slempen; later: elkaar via de revers de deur van de sociëteit uitwerken; goedmoedig, onderling vechten. Ook wel zooien* genoemd. Komt vooral voor in de traditionele studentenverenigingen. Soms in de betekenis van: studentikoos stelen of het ontvreemden van verenigingsobjecten. In deze laatste be...