Gepubliceerd op 01-09-2018

Botje

betekenis & definitie

BOTJE, o. (-s), kleine bot; klein bot (been, knook); kleine knop;

— (oudt.) muntstukje, een halven stuiver waard:
—botje bij botje leggen, ieder zijn aandeel bijdragen, gezamenlijk de kosten der vertering dragen;
— een botje-bij-botje, een pic-nic (waarbij ieder zijn aandeel aan spijs en drank in natura meebrengt);
— een botje vangen (krijgen), belet krijgen.

< >