Wat is de betekenis van Belet?

2024-03-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

belet

belet - Zelfstandignaamwoord 1. hinder. Zonder belet is deze opdracht in een week klaar. belet - Werkwoord 1. enkelvoud tegenwoordige tijd van beletten 2. gebiedenwijs van beletten

2024-03-29
Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

belet

- geen belet?, stoor ik niet?, kom ik niet ongelegen? - belet zijn, verhinderd zijn. De schepen van Ruimtelijke Ordening is om beroepsbezigheden als dokter tijdelijk belet zijn functie als schepen uit te voeren en laat zich vervangen door Etienne xxx (SP.A). - LN, 06-03-2003.

2024-03-29
Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

belet

I. Als znw. 1. (Is er) geen belet? Kom ik niet ongelegen? Stoor ik niet?. Nieuwsgierig houdt Margriet de oogen op de deur gericht.... «Geen belet?» roept een klare stem..., als de deur wordt opengestooten, WACHTERS 1946, 89. Hij vroeg: Is er geen belet? Hij kwam wat hijgend binnen, DURNEZ z.j. (± 1963), 22. 2. Verhinder...

2024-03-29
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

belet

verhinder; verbied.

2024-03-29
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Belet

s.n., bilet (it), forlet (it), bi-, forhindering.

2024-03-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Belet

o., verhindering; belemmering; in vaste verb.: doe ik u geen belet? kom ik niet ongelegen? — belet krijgen, niet ontvangen kunnen worden; — belet hebben, niet kunnen ontvangen; — belet laten vragen, vragen of men kan ontvangen worden; — belet geven, zeggen dat men nu geen bezoek kan afwacht...

2024-03-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

belet

o. (verhindering, in vaste uitdrukkingen): belet hebben; belet (laten) vragen, d. i. vragen, of er ook verhindering is; iem. belet geven, iem. niet ontvangen; belet krijgen.

2024-03-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

belet

(bə’let) o. verhindering om een bezoek te ontvangen : hebben. Gez. krijgen. niet toegelaten worden ; vragen, vragen of men kan ontvangen worden; doe ik u geen -? kom ik niet ongelegen? iemand geven, hem niet ontvangen : om schrijven, schrijven om te vragen of men een bezoek mag brengen. Syn. →: belemmering.

Wil je toegang tot alle 13 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-03-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Belet

o., verhindering; belemmering; in vaste verbindingen: belet krijgen, niet ontvangen kunnen worden; belet hebben, niet kunnen ontvangen; belet (laten) vragen, vragen of men ontvangen kan worden; belet geven, zeggen dat men nu geen bezoek kan ontvangen.