o. (-en),
1. wat op iets geschreven is of wordt: opschrift van een brief, adres; opschrift van een herberg, naam, uithangbord; opschrift van een munt, spreuk, randschrift;
2. wat boven iets geschreven staat, inz. met betr. tot boeken en geschriften: de opschriften der hoofdstukken; het opschrift van een boek, de titel; opschrift van een besluit, ivet, akte enz., hoofd aanhef.