Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Begeren

betekenis & definitie

(begeerde, heeft begeerd),

1. min of meer sterk wensen, het verlangen koesteren naar: hij begeerde niet langer te leven; een meisje tot vrouw begeren; — uitdrukkelijk wensen: hij begeert, dat het spoedig anders wordt; op zijn sterfbed heeft hij het begeerd, als zijn (laatste) wil kenbaar gemaakt;
2. verlangen te bezitten: gij zult niet begeren uws naasten huis: gij zult niet begeren uws naasten vrouw enz.; — wat begeert gij? wat wilt gij hebben?
3. de onbep. wijs als zn. o.,wens, wil, verlangen: wat is er van uw begeren? wat verlangt gij?