lijst u van gevaarlijke chemische stoffen, waarvan de aanwezigheid en de lozing in de Rijn moet worden beperkt, opgesteld in het kader van het zgn. Rijnchemieverdrag (lijst i is de zwarte lijst).
Voor de stoffen op de grijze lijst moeten de Rijnoeverstaten programma’s opstellen die gericht zijn op een aanzienlijke beperking van de lozingen. De grijze lijst omvat: die zwarte-lijst-stoffen waarvoor geen grenswaarden worden vastgesteld door de Internationale Rijn Commissie, alsmede stoffen die een schadelijke werking hebben op het watermilieu. De lozingsbeperking voor schadelijke stoffen kan echter beperkt zijn tot een bepaald gebied en hangt af van de kenmerken van de ontvangende wateren en de plaats daarvan. Op de grijze lijst staan de volgende families en groepen van stoffen: een aantal metalen, metalloïden en hun verbindingen, te weten zink, koper, nikkel, chroom, lood, seleen, arseen, antimoon, molybdeen, titaan, tin, barium, beryllium, boor, uraan, vanadium, kobalt, thallium, telluur, zilver; biociden en niet in de zwarte lijst genoemde derivaten daarvan; stoffen met een schadelijke werking op de smaak en/of geur van produkten uit het water die bestemd zijn voor de mens, alsmede verbindingen waaruit dergelijke stoffen in het water kunnen ontstaan; organische siliciumverbindingen die toxisch of persistent zijn en stoffen waaruit dergelijke verbindingen in het water kunnen ontstaan, met uitzondering van die welke biologisch onschadelijk zijn of die in water snel worden omgezet in onschadelijke stoffen; anorganische fosforverbindingen en elementair fosfor; niet-persistente minerale oliën en uit aardolie bereide niet-persistente koolwaterstoffen; cyaniden; fluoriden; stoften die ongunstig inwerken op de zuurstofbalans, m.n. ammoniak, nitrieten.