Gepubliceerd op 01-12-2020

Griend (eiland)

betekenis & definitie

Ned. eilandje (gemeente Terschelling) in de Waddenzee tussen Harlingen en West-Terschelling. Griend scheurde in 1287 los van het vasteland; het was toen bezit van de abdij van Lidlum.

In de middeleeuwen was er op Griend een stadje, waar voortgezet onderwijs werd gegeven. Verder werd het eiland bewoond door boeren die vooral schapen hielden. De kaas van Griend werd in de 17e eeuw tot de drie beste van Holland gerekend. In de 18e eeuw trokken veel bewoners weg omdat Griend bedreigd werd door stormen.In de zomer van 1877 verdronken herders en hun kudde bij een storm. Sindsdien is het eiland onbewoond. Ten gevolge van storm, kustafslag en overstroming is Griend voor een groot deel vergaan. Sinds de beëindiging van de permanente bewoning is het vooral bekend om zijn zeer rijke vogelbevolking. In 1912 werden daarom twee vogelwachters aangesteld. Sinds 1916 pacht de Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten in Nederland het grasgewas van de Dienst der Domeinen om zodoende het toezicht te kunnen uitoefenen. In 1973 heeft Natuurmonumenten het eiland in erfpacht gekregen.

Het eilandje is ca. 25 ha groot (bij hoog water), maar het staat soms geheel onder water. Door wijzigingen in de stromingen in de Waddenzee sinds de afsluiting van de Zuiderzee is het slechts door geregeld ingrijpen in stand te houden. In 1954, 1973 en 1982 zijn daartoe technische werken uitgevoerd, zoals het opspuiten van zand en het aanbrengen van kleilagen.

In de broedtijd herbergt Griend enige duizenden paren grote sterns en vele honderden noordse sterns en visdiefjes. Ca. 50 % van alle Ned. grote sterns broedt op Griend (Ned. populatie is ca. 80 % van de wereldpopulatie). Een aantal jaren geleden (1965) is het aantal grote sterns op Griend onrustbarend gedaald tot ca. 650 nesten; de grote sterfte onder de vogels bleek het gevolg van gechloreerde koolwaterstoffen (bestrijdingsmiddelen) in hun lichaam, die waren opgenomen via het voedsel uit zee. De gifstoffen waren afkomstig uit afvalwater van een chemische industrie in het Botlekgebied, dat met de zeestroming het Waddengebied bereikte. Na verbetering van het zuiveringsprocédé en beperkende maatregelen met betrekking tot het gebruik van deze koolwaterstoffen, is na 1965 de stand van de grote stern op Griend weer toegenomen.

Griend is behalve broedplaats ook van grote betekenis als rust- en verblijfplaats voor tienduizenden in arctische streken broedende steltlopers. In het voorjaar verblijft ca. 20 % van alle in Nederland aanwezige zilverplevieren, rosse grutto’s en kanoetstrandlopers in de directe omgeving van het eiland. Op hoogtepunten van de vogeltrek in voor- en najaar verblijven dagelijks 40000-50000 vogels op het eiland.

< >