Gepubliceerd op 01-12-2020

Dommel

betekenis & definitie

grote beek (of riviertje), die in België ontspringt bij Peer op het Kempisch plateau en in de Maas uitmondt ten noorden van ’s-Hertogenbosch. De Dommel, die wordt gevoed door regenwater, ontstaat in een heide- en vennengebied uit een groot stelsel van meer dan 50 bovenloopjes en zijbeken.

De meeste bovenlopen hebben geen duidelijke bron, maar onstaan uit talloze afwateringsgreppels en sloten, die zich geleidelijk samenvoegen en meer water gaan voeren en uiteindelijk een beekstructuur aannemen. Het totale verval van oorsprong tot monding is vrij groot: van 80 tot 3 m NAP. Omdat de grootste hoogteverschillen op en nabij het Kempisch plateau optreden, wordt de Dommel voor het grootste deel tot de laaglandbeken gerekend.In België stroomt de Dommel op veel plaatsen door moerasbos en schrale, bloemrijke hooilanden. Ten zuiden van Valkenswaard gaat de Dommel de grens over bij het vennengebied de Malpie. Vanaf Valkenswaard ligt de beek in een vrij dichtbevolkt gebied. Toch liggen er nog verscheidene natuurgebieden van betekenis langs, waar bijzondere broedvogels en plantesoorten als eenbes en schaafstro voorkomen, b.v. het Eckartse Bos bij Eindhoven en de Geelders bij Sint-Oedenrode.

In de bedding van de Dommel is een duidelijke boven-, middel- en benedenloop te onderscheiden. Op vele plaatsen is de beek sterk meanderend met afgesneden armen die langzaam verlanden. De karakteristieke beeklevensgemeenschappen (→ beken) treft men in het stroomgebied van de Dommel nog slechts sporadisch aan. Tot schoon water, geheel zonder verontreinigingen, kan alleen een deel van de beekloop bij Westerhoven gerekend worden; hier komt de levensgemeenschap met de beekjuffer (Calopteryx) voor. Weinig verontreinigd zijn o.a. de Tongelreep, de Run, de bovenloop van de Beerze, de Reusel en de Bakelse Aa; hier vindt men de vlokreeft en larven van haften en libellen. De beekprik komt voor in de Reusel en de Poppelsche Leij. Plantesoorten in de schonere beken zijn o.a. de waterranonkel en verscheidene soorten fonteinkruid.

Het overgrote deel van de beken in het stroomgebied zijn meer of minder vervuild. Vooral de benedenlopen, de Dommel benedenstrooms van Eindhoven en de Leij beneden Tilburg, zijn sterk belast met afvalstoffen, o.a. afkomstig van de afspoeling van meststoffen en van lozingen van huizen en industrie. Recente veranderingen aan de zuiveringsinstallaties bij Eindhoven en Oisterwijk hebben de waterkwaliteit wel wat verbeterd.

Sinds 1863 is de Dommel en zijn zijlopen onder beheer van het waterschap ‘Het stroomgebied van de Dommel’; sinds de Tweede Wereldoorlog kwam daar ook de waterkwaliteit bij. Vanwege de behoeften van de landbouw en de afwatering is het waterschap begonnen aan beekkanalisaties. In de jaren zeventig zijn vrijwel alle beken vergraven, behalve de Dommel zelf en enkele trajecten van o.a. de Beerze en de Reusel. Deze werden voorzien van omleidingskanalen vanwege de natuurbeschermingsbelangen. Ten behoeve van de verbetering van de waterkwaliteit werden ca. 15 waterzuiveringsinstallaties gebouwd. In België is een installatie in ontwikkeling. Een probleem vormt de veelal te kleine capaciteit van de installaties; bij zware regenval is men dan ook gedwongen ongezuiverd water te lozen, waardoor zuurstofgebrek ontstaat en grote vissterfte optreedt.

Het Dommeldal is o.a. vanwege de aanwezigheid van water en de hoge oeverwallen al heel lang bewoond. Opgravingen hebben aan het licht gebracht dat er al sprake was van nederzettingen uit de middensteentijd bij Sint-Oedenrode en uit de ijzertijd bij Nuenen en Rosmalen. Vanaf de 5e eeuw is het Dommeldal vrijwel permanent bewoond en ontstond het cultuurlandschap zoals dat tot in de jaren vijftig van de 20e eeuw nog overal te zien was. Door de schaalvergroting van de landbouw en de verstedelijking van het platteland beginnen grote veranderingen op te treden. Vanwege de waarden van de natuurgebieden en het cultuurlandschap in het Dommelgebied groeide de wens tot behoud ervan. Het Rijk heeft het stroomgebied aangewezen tot nationaal landschap.

De provincie heeft verregaande plannen tot bescherming van het Dommeldal vanaf de Belg. grens tot de monding. Verder zetten verscheidene particuliere organisaties zich in voor natuur- en milieubehoud in dit gebied. Vermeldenswaard is het Milieu-educatie Centrum van de gemeente Eindhoven, dat gevestigd is in de Genneper watermolen, waar de Tongelreep in de Dommel vloeit. Een oorspronkelijk beekdallandschap rond de vroegere nederzetting Gennep, met akkers, grasland, hakhoutbosjes en beeklopen vormt hier het levende lesmateriaal voor de jeugd.

Litt. J.van der Straaten e.a., Beken in Brabant (1976).