Gepubliceerd op 01-12-2020

Maas

betekenis & definitie

rivier in West-Europa die door Frankrijk, België en Nederland stroomt. De Maas ontspringt op de Franse hoogvlakte van Langres.

Het regenwater dat in deze streek valt, verzamelt zich daar in een put, die uitstroomt in een beekje dat als beginpunt van de Maas wordt beschouwd. De Maas mondt uit in de Noordzee. Belangrijke zijrivieren zijn de Samber (Sambre), die ook in Frankrijk ontspringt, de Ourthe, afkomstig uit de Belg. Ardennen, en de Roer, die in Duitsland ontspringt. De Maas is een regenrivier; dit houdt in dat de waterafvoer zeer onregelmatig is. In 1981 werd bij Eijsden een minimum waterafvoer van 47 m3/s gemeten en een maximale afvoer van 1273 m3/s. Voor 1980 waren die getallen resp. 41 m3/s en 2238 m3/s.De Maas is belangrijk als transportweg.

Bij Sambeek passeren jaarlijks ca. 60000 schepen, ongeveer een derde van het aantal schepen dat op de Rijn Lobith-Tolkamer jaarlijks passeert. Scheepvaart op de Maas was echter niet altijd mogelijk: bij een lage waterafvoer was de rivier te ondiep en te gevaarlijk voor de scheepvaart. Met het oog hierop zijn grote kanaliseringswerken uitgevoerd. In Nederland werden zeven stuwen in de Maas gebouwd, terwijl ook het Belg. en Franse deel van de rivier vele stuwen telt.

In en rond de Maas zijn in grote hoeveelheden zand en grind gewonnen. Daardoor ontstonden langs de rivier talrijke grote grindgaten, die nu vaak als recreatiegebied in gebruik zijn.

De Maas wordt, vooral in vergelijking met de Rijn, als een schone rivier beschouwd. Daarom ook is een aantal drinkwaterbedrijven Maaswater in plaats van Rijnwater gaan gebruiken. Echt schoon is de Maas echter niet. Vooral enkele Belg. industriegebieden vormen een bron van vervuiling van de rivier. Belangrijke vervuilende stoffen waren fluor en orthofosfaat, die vooral nabij Luik werden geloosd. Deze lozingen werden echter in 1981 verminderd, zodat de waterkwaliteit beter werd, hoewel het cadmiumgehalte van de Maas nog zorgelijk is.

Ten aanzien van de vervuiling is het karakter van de rivier van belang. Als gevolg van de kanalisering zijn de stroomsnelheden laag, zodat de vervuilende stoffen vaak bezinken. Een bron van potentiële vervuiling van de Maas is ook de aanwezigheid van afvalstortplaatsen in de uiterwaarden. Met hoogwater wordt het afval dan met de rivier meegevoerd.

Voor de toekomst zijn m.n. de ontwikkelingen ten aanzien van de bouw van kerncentrales langs de Maas van belang. Nu staan er drie kerncentrales, een in Chooz (Frankrijk) en twee in Tihange (België). Volgens de plannen zullen dit er aan het eind van de eeuw in totaal acht zijn. Met deze ontwikkeling wordt het gevaar groter dat, via koelwater of ten gevolge van ongelukken, radioactieve besmetting van het Maaswater zal plaatsvinden. Daarnaast is het de vraag of, gegeven de wisselingen in waterafvoer, er geen problemen met de watertemperatuur zullen gaan optreden als het maaswater voor koelwaterdoeleinden wordt benut.

Hoewel de Maas een internationale rivier is, bestaan er geen internationale regelingen, of geregelde overlegverbanden om de rivier tegen waterverontreiniging te beschermen.