• Home
  • Inloggen
  • Onderwijs
  • Over
  • Geschiedenis
  • Kiosk
  • Contact
  • Manifest

ENCYCLOPEDIE SINDS 1946

    1 2 3 ... 19 20 21 22 23 ... 632 633 634
  • Aan diggelen vallen (spreekwoord)
  • Aan dovemans deur kloppen (spreekwoord)
  • Aan dovemansdeur kloppen (spreekwoord)
  • Aan duidelijkheid niets te wensen over laten (spreekwoord)
  • Aan een boom, zó vol geladen mist men vijf, zes pruimen niet (spreekwoord)
  • Aan een dovemans deur kloppen (spreekwoord)
  • Aan een euvel mank gaan (spreekwoord)
  • Aan een goed visser ontglipt ook wel eens een aal (spreekwoord)
  • Aan een goed visser ontglipt wel een aal (spreekwoord)
  • Aan een goed visser ontglipt wel eens een aal (spreekwoord)
  • Aan een klein vogelken past gene grote bek (spreekwoord)
  • Aan een klein vogeltje past geen grote bek (spreekwoord)
  • Aan een kleine vogel past geen grote bek (spreekwoord)
  • Aan een krom hout zijn geen rechte kanten (spreekwoord)
  • Aan een kwade ram gekoppeld zijn (spreekwoord)
  • Aan een pijnlijk koordeken trekken (spreekwoord)
  • Aan een touw vastzitten (spreekwoord)
  • Aan een zijden draad hangen (spreekwoord)
  • Aan elkaar gewaagd zijn (spreekwoord)
  • Aan elkander gewaagd zijn (spreekwoord)
  • Aan gene zijde van het graf (spreekwoord)
  • Aan gruzelementen liggen (spreekwoord)
  • Aan handen en voeten gebonden zijn (spreekwoord)
  • Aan hem is geen zalf te strijken (spreekwoord)
  • Aan het adres van . . (spreekwoord)
  • Aan het eind van zijn Latijn zijn (spreekwoord)
  • Aan het eind van zijn akker zijn (spreekwoord)
  • Aan het einde van de wereld wonen (spreekwoord)
  • Aan het kortste eind trekken (spreekwoord)
  • Aan het laatje zitten (spreekwoord)
  • Aan het langste (kortste) eind trekken (spreekwoord)
  • Aan het langste (of: kortste) eind trekken (spreekwoord)
  • Aan het langste eind trekken (spreekwoord)
  • Aan het langste koordeken trekken (spreekwoord)
  • Aan het langste koordje trekken (spreekwoord)
  • Aan het licht komen (spreekwoord)
  • Aan het lijf gegoten zitten (spreekwoord)
  • Aan het plukharen gaan (spreekwoord)
  • Aan het plunderen slaan (spreekwoord)
  • Aan het rechte (verkeerde) kantoor zijn (spreekwoord)
  • Aan het roer zitten (komen) (spreekwoord)
  • Aan het slechtste eind zijn (spreekwoord)
  • Aan het vee kent men de man (spreekwoord)
  • Aan het vele lachen herkent men de dwaas (spreekwoord)
  • Aan het verkeerde adres zijn (spreekwoord)
  • Aan het verkeerde kantoor (adres) zijn (spreekwoord)
  • Aan het voorste speen liggen (spreekwoord)
  • Aan het werk kent men de meester (spreekwoord)
  • Aan hete koorts gelegen hebben (spreekwoord)
  • Aan hetzelfde been knagen (spreekwoord)
  • Aan hoger boord zijn (spreekwoord)
  • Aan iemand (iets) de pest gezien hebben (spreekwoord)
  • Aan iemand (iets) een hele ruggesteun hebben (spreekwoord)
  • Aan iemand brillen zonder glazen verkopen (spreekwoord)
  • Aan iemand schrijven met goede inkt (spreekwoord)
  • Aan iemand zijn gelijk Calvijn aan de duivel (spreekwoord)
  • Aan iemand zijn pollevieën af vegen (spreekwoord)
  • Aan iemands (goede) zorgen toevertrouwen (spreekwoord)
  • Aan iemands aandacht ontsnapt zijn (spreekwoord)
  • Aan iemands brein ontsproten zijn (spreekwoord)
  • Aan iemands gat hangen (spreekwoord)
  • Aan iemands genade zijn overgeleverd (spreekwoord)
  • Aan iemands leiband lopen (spreekwoord)
  • Aan iemands lippen hangen (spreekwoord)
  • Aan iemands oor hangen (spreekwoord)
  • Aan iets de doodsteek geven (spreekwoord)
  • Aan iets gebakken zitten (spreekwoord)
  • Aan lager wal geraakt zijn (spreekwoord)
  • Aan lagerwal zijn (spreekwoord)
  • Aan menen bindt niemand zijn paard (spreekwoord)
  • Aan mijn (of: an me) nooit niet (spreekwoord)
  • Aan mijn lijf geen polonaise (spreekwoord)
  • Aan moeders rokken hangen (spreekwoord)
  • Aan wal gaan (spreekwoord)
  • Aan zijn eindje vasthouden (spreekwoord)
  • Aan zijn gemoed lucht geven (spreekwoord)
  • Aan z’n verontwaardiging lucht geven (spreekwoord)
  • Aan ’s meesters zolen hangt het beste mest (spreekwoord)
  • Aan ’t lachen kent men de zot (spreekwoord)
  • Aan ’t schotelken zitten (spreekwoord)
  • Aan ’t schoteltje likken (spreekwoord)
  • Aan ’t vee kent men de man (spreekwoord)
  • Aan ’t verkeerde kantoor zijn (spreekwoord)
  • Aan ’t werk kent men de werkman (spreekwoord)
  • Aanbev (afkorting)
  • Aanbev. (afkorting)
  • Aangaan als een Turk (spreekwoord)
  • Aangeboden dienst is onwaard (spreekwoord)
  • Aangeboden diensten zijn zelden aangenaam (spreekwoord)
  • Aangeboren zijn (spreekwoord)
  • Aangebrand en nog niet gaar zijn (spreekwoord)
  • Aangebrand zijn (spreekwoord)
  • Aangedraaid zijn (spreekwoord)
  • Aangekleed gaat uit (spreekwoord)
  • Aangeschoten zijn (spreekwoord)
  • Aangetrouwd is aangewaaid (spreekwoord)
  • Aangetrouwd is maar aangewaaid (of: aangedouwd) (spreekwoord)
  • Aanh. Hand. I/Il (afkorting)
  • Aanhalige mensen missen meestal hun doel (spreekwoord)
  • Aanhangsel Handelingen I (afkorting)

ENCYCLOPEDIE SINDS 1946

  • Home
  • Inloggen
  • Onderwijs
  • Over
  • Geschiedenis
  • Kiosk
  • Contact
  • Manifest
  • Word vriend
  • Woorden beginnend met
  • Synoniemen
  • Spreekwoorden
  • De of Het
  • Schrijvers
  • Categorie
  • Afkorting
  • Vervoegen
  • Disclaimer
  • NTD
  • Artikel publiceren?
  • Adverteren?
© 2025 Ensie | Hosted by Rootnet

Inloggen

Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.

Toevoegen aan favorieten?

Favorieten

Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:

  • Je eigen Ensie account
  • Direct toegang tot alle zoekresultaten
  • Volledige advertentievrije website
  • Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk

Klik hier om vriend te worden