Definities van Groot woordenboek der Nederlandse taal in de Ensie R
- Rompschijf
- Rompslomp
- Romulus
- Rond wa ren
- Rond wervelen
- Rond, bn. bw. (-er, -st)
- Rond, o. (-en)
- Rond, vz
- Rondachtig
- Rondachtigheid
- Rondas
- Rondbabbelen
- Rondbazuinen
- Rondbedelen
- Rondbekken
- Rondbenen
- Rondbezorgen
- Rondbladkervel
- Rondblikken
- Rondblok
- Rondboemelen
- Rondbonen
- Rondboog
- Rondboogfries
- Rondbooggewelf
- Rondboogkozijn
- Rondborstig
- Rondborstigheid
- Rondbreimachine
- Rondbrengen
- Rondbrenger
- Rondbrieven
- Rondcolporteren
- Ronddalven
- Ronddansen
- Ronddelen
- Ronddienen
- Ronddobberen
- Ronddolen
- Ronddraaien
- Ronddragen
- Ronddraven
- Ronddrentelen
- Ronddrijven
- Ronddwalen
- Ronddweilen
- Ronde, de ronde doen
- Ronde, ronde van frankrijk
- Ronde, traktatie
- Rondeau
- Rondedans
- Rondeel
- Rondeeltje
- Rondeelvorm
- Rondeelwijs
- Rondegang
- Rondement
- Ronden
- Rondenteller
- Ronder
- Rondetafelconferentie
- Rondfietsen
- Rondfladderen
- Rondfleren
- Rondgaan
- Rondgang
- Rondgapen
- Rondgat
- Rondgeven
- Rondgezang
- Rondgluren
- Rondgonzen
- Rondgooien
- Rondgrabbelen
- Rondgrijpen
- Rondgroeien
- Rondgroeten
- Rondhaak
- Rondhakken
- Rondhalen
- Rondhangen
- Rondheid
- Rondhollen
- Rondhoofdig
- Rondhoren
- Rondhossen
- Rondhout
- Rondhuppelen
- Rondigheid
- Rondijzer
- Ronding
- Rondino
- Rondist
- Rondisten
- Rondistwerk
- Rondjagen
- Rondje
- Rondjoelen
- Rondkijken
- Rondkletsen