Geschiedenis Lexicon

H.W.J. Volmuller (1981)

Gepubliceerd op 03-08-2020

Tweede Wereldoorlog

betekenis & definitie

(1939-1945).

België

In tegenstelling tot wat bij de aanvang van de Eerste Wereldoorlog gebeurde, ging Hitler-Duitsland 10.5.1940 over tot een aanval op het Belg. grondgebied, zonder enig ultimatum of een oorlogsverklaring. Alleen werd in de morgen van 10.5. aan P.H.Spaak, minister van Buitenlandse Zaken, een memorandum overhandigd, waarin verklaard werd dat Duitsland zgn. verplicht was tot de aanval over te gaan. om de agressie van de geallieerden vóór te zijn. België bood weerstand gedurende 18 dagen (10-28.5. → Achttiendaagse Veldtocht), onder leiding van koning Leopold in. die tenslotte capituleerde voor de Duitse overmacht. Dit leidde echter tot een breuk met de regering-Pierlot, die over Franrijk naar Engeland uitweek en Leopold III verweet niet hetzelfde gedaan te hebben. In tegenstelling tot de Eerste Wereldoorlog werd het hele Belg. grondgebied door de Duitsers bezet. Het land kreeg een Duits militair bestuur: generaal Alexander von Falkenhausen werd Militair Befehlshaber en onder hem fungeerde een Militär Verwaltungschef Reeder.

Het Belg. burgerlijk bestuursapparaat bleef verder functioneren onder leiding van de hoogste ministeriële ambtenaren, de Secretarissen-Generaal. De bezetting die aanvankelijk dragelijk leek, woog geleidelijk zwaarder (gebrek aan levensmiddelen, opeising metalen. verplichte arbeidsdienst, executie van gijzelaars, deportatie van tegenstanders en van joden enz.). Sedert 1942 ontstonden de eerste georganiseerde verzetsgroepen. → Weerstand. Na de geallieerde landing, 6.6.1944 in Normandië, voorafgegaan en gevolgd door talrijke luchtaanvallen op Belg. grondgebied, overschreden 2.9.1944 de eerste geallieerde troepen de Belg. zuidgrens; 3.9. werd Brussel bevrijd. 5.9. viel de haven Antwerpen nagenoeg onbeschadigd in geallieerde handen. Aan deze opmars nam de Belg. brigade Piron actief deel. Op 3.11.1944 was geheel België bevrijd, maar 16.12.1944 begon het Von Rundstedt-tegenoffensief (→ slag in de Ardennen), waardoor de steden Laroche, Houffalize en Stavelot in de prov.

Luxemburg zwaar te lijden hadden. Het ontzet van Bastenaken 26.12. maakte een eind aan deze laatste Duitse stuiptrekking. Tot aan de definitieve wapenstilstand op het Westfront. 8.5.1945. kende België, m.n. Antwerpen en Luik. talrijke aanvallen van de V1 en V2 raketbommen, die nog talrijke slachtoffers maakten en grote materiële schade aanrichtten.

Litt. J.Willequet, La Belgique et la Deuxième Guerre mondiale (1945); M.Thiry, La Belgique pendant la guerre (1947); O.Michels, Dix-huit jours de guerre en Belgique (1947); C.Jacquemyns, La Société belge sous l’occupation allemande 1940 à 1944 (3 dln. 1950); J.Willequet. L’Univers concentrationnaire et la Belgique. Bibliographie sommaire (in: Revue d'Hist. de la Deuxième Guerre mondiale 1954); J.Vidalene. L’exode de mai-juin 1940 (1958); J.Gerard-Libois en J.Gotouiteh, L'An 40 (1971); M.van den Wijngaert. het beleid van het comité van de secretarissen-generaal in België tijdens de Duitse bezetting in 1940-1944 (1975); J.R.Gillingham. Belgian Business in the Nazi New- Order (1977; Ned. vert.: Geld maken in oorlogstijd 1940-45. 1979).

Nederland

Ondanks strikte handhaving door Nederland van zijn neutraliteit, overschreden Duitse troepen in de nacht van 9-10.5.1940 de grenzen. Het verzet was spoedig gebroken (IJssel-, Maas-, Peel- en Grebbelinie bezweken; de Moerdijkbrug viel in Duitse handen: het hart van Rotterdam werd door een luchtaanval verwoest). de koninklijke familie en het kabinet weken naar Engeland uit en Nederland werd onder rijkscommissaris → Seyss-Inquart bezet gebied. De NSB, opgericht 1931 onder → Mussert, kreeg weliswaar grote invloed, maar kwam niet aan de regering. Via Rauter, hoofd van de Sicherheitspolizei, en het optreden van de Gestapo (Geheime Staatspolizei), leerde ook Nederland de nazimethoden kennen; naast de breideling van de pers, radio en het politieke leven, kwamen de jodenvervolgingen (meer dan 100000 slachtoffers), concentratiekampen (o.a. in Vught. Amersfoort en Ommen), doodvonnissen wegens sabotage e.d. en ontwrichting van het economisch leven door de Duitse roof. Het → verzet organiseerde zich.

Toen de geallieerde legers naderden, vluchtten vele NSBers in paniek (→ Dolle Dinsdag, 5.9.1944). De slag om → Arnhem mislukte echter en de bevrijding liet nog meer dan een half jaar op zich wachten. Na de → spoorwegstaking, die 18.9.1944 begon, verminderden de Duitsers drastisch de rantsoenen: gas en elektriciteit verdwenen; de hongerwinter begon, die in de westelijke provincies duizenden slachtoffers eiste. De ellende werd nog vermeerderd door de Duitse razzia’s om aan werkkrachten te komen, de vorderingen, het afschieten van de V1 en V2’s en de vergeldingsmaatregelen (berucht is de uitmoording van Putten op de Veluwe wegens een in de nabijheid gepleegde aanslag op een Duits officier). Eindelijk werd 5.5.1945 de capitulatie der Duitse legers te Wageningen in hotel De Wereld getekend, nadat de Duitsers kort te voren toegestemd hadden in het afwerpen van enig voedsel uit de lucht. De Ned.

Binnenlandse Strijdkrachten (nbs) hadden in de eindstrijd niet behoeven op te treden: Nederland werd door buitenlandse legers bevrijd, een herhaling van 1813. De Canadese troepen bleven een tijdlang in het land. Van het aanvankelijk ingestelde → Militair Gezag heeft Nederland niet veel voldoening beleefd. Het regeringsbeleid van de kabinetten De Geer (1939-40), Gerbrandy, (1940—45 in Londen), en Schermerhorn-Drees tot de opening van de voorlopige Staten-Generaal 20.11.1945 is onderwerp geweest van een parlementaire enquête-commissie. Nederland was een arm land geworden: in de hongerwinter hadden de Duitsers hun roof voltooid (machinerieën, spoorwegmaterieel e.d.) en wat niet geroofd kon worden vernield (havenwerken, Wieringermeerpolder).

Litt. B.A.Sijes, De Razzia van Rotterdam, 10—11 November 1944 (1951); H.A.Jacobsen. Die deutschen militärischen Planungen zum Einfall in Holland. Belgien und Luxemburg am 10. Mai 1940 (1955); J.J.van Bolhuis e.a. (red.), Onderdrukking en verzet (4 dln. 1950-55); Verslagen Parlementair onderzoek naar het regeringsbeleid 1940—45 (8 dln. 1949—56; samenvatting: De Enquêtecommissie is van oordeel door H.C.Posthumus Meyjes, 1958); W.Drees, Van Mei tot Mei (1958); J.J.C.P.Wilson. Vijf oorlogsdagen en hun twintigjarige voorgeschiedenis (1960): W.

Warmbrunn, The Dutch under German occupation 1940-45 (1963: Ned. vert. 1964); L. de Jong, De bezetting (5 dln. 1961-65); B.A.Sijes. De gedwongen arbeid van Nederlanders in Duitsland 1940-45 (1966); L.de Jong, Het koninkrijk der Nederlanden en de Tweede Wereldoorlog (12 dln. 1969 vlg.); Ch.Whiting en W.Trees, Van dolle Dinsdag tot bevrijding (1977); H.Hazelhoff Roelfzema, De Tweede Wereldoorlog ter zee (1978); L.L.von Münching, De Ned. koopvaardijvloot in de Tweede Wereldoorlog (1978); J.C.H.Blom, De Tweede Wereldoorlog en de Ned. samenleving: continuïteit en verandering (in: Vaderl. Verleden in Veelvoud ii, 1980).