Iemand de ogen openen, iemand de waarheid doen (in)zien.
Iemand de ogen openen voor, iemand opmerkzaam maken op, iemand bewust maken van.
Net als andere lichaamsdelen wordt oog veel metaforisch gebruikt, en het is dan ook moeilijk te bepalen of uitdrukkingen met oog van bijbelse herkomst zijn. Mogelijk zijn de hierboven genoemde verbindingen ontleend aan de bijbelplaats waar Paulus vertelt dat God tot hem zei: ‘want ik ben aan je verschenen om je aan te stellen als mijn dienaar, opdat je bekend zult maken dat je mij hebt gezien en zult getuigen van alles wat ik je nog zal laten zien. Ik zal je daarbij beschermen tegen je eigen volk en tegen de heidenen, naar wie ik je uitzend om hun de ogen te openen, zodat ze zich van de duisternis naar het licht keren, en van de macht van Satan naar God. Door het geloof in mij zullen ze vergeving krijgen voor hun zonden, en samen met allen die mij toebehoren zullen ze deel krijgen aan mijn koninkrijk’ (Handelingen 26:16-18, NBV).De betekenis is dus ‘iemand de waarheid doen zien of doen inzien’.
Bijbelcitaat: Liesveldtbijbel (1526), Handelingen 26:18. [...] om haer ogen open te doen, dat si hen bekeren van der duysternisse tot den lichte ende vander macht des duuels tot god.
Gebruiksvoorbeeld: Het ongeluk eergisteren in Hoofddorp moet de NS-direktie de ogen hebben geopend, zo meent de Vakvereniging voor Machinisten. (Journaal, dec. 1992)
Gebruiksvoorbeeld: Ik ben de Kamer zeer dankbaar voor het feit dat zij mij de ogen heeft geopend. (Tweede Kamer, dec. 1995)
Gebruiksvoorbeeld: Tussendoor heb ik tuinmeubelen verkocht. Dat heeft me de ogen geopend voor de normale wereld, want ik was alleen de golfwereld gewend. (NRC, jan. 1994)
Gebruiksvoorbeeld: The Golden Notebook is door een hele generatie geclaimd als het boek dat hen de ogen geopend heeft voor een feministisch standpunt -- al heeft Lessing het boek nooit zo bedoeld. (NRC, sept. 1994)
Doen wat goed is in zijn ogen, doen wat men wil, zonder zich aan bepaalde regels of wetten te willen houden.
‘In die dagen was er geen koning in Israël; ieder deed wat goed was in zijn ogen’, zo lezen we in Rechters 21:25 (NBG-vertaling; de NBVheeft hier ‘wat in zijn eigen ogen goed was’). Oudere vertalingen hebben recht in plaats van goed. Invloed van de bijbel is onzeker.
Bijbelcitaat: Statenvertaling (1637), Rechters 21:25. In die dagen en wasser geen koninck in Israël: een yegelick dede wat recht was in sijne oogen.
Gebruiksvoorbeeld: Is er eigenlijk nog wel sprake van een gemeenschappelijke ethiek? Of doet iedere individuele journalist wat goed is in zijn ogen? (NRC, juni 1994)
Gebruiksvoorbeeld: Goed was in de ogen van de schrijvers de manier waarop de twee presidenten die in dit tijdperk regeerden, Washington (1789-1797) en John Adams (1797-1801), een gezond financieel systeem op poten zetten [...] (NRC, mei 1994)
Door het oog van de naald kruipen, op het nippertje aan gevaar ontsnappen.
Jezus sprak: ‘Ik zeg het jullie nog eens: het is gemakkelijker voor een kameel om door het oog van een naald te gaan dan voor een rijke om het koninkrijk van God binnen te gaan’ (Matteüs 19:24, NBV). De woorden geven aan dat het behouden worden van een gelovige heel moeilijk, zo niet onmogelijk is. De uitdrukking is nog zeer frequent, zij het in een gewijzigde betekenis. In poëzie wordt ze in meerdere betekenissen tegelijk gebruikt, zie bijvoorbeeld de volgende verzen, die zo uitgelegd zouden kunnen worden dat de dichter ternauwernood aan de ondergang is ontsnapt en zich opgenomen voelt in de hemel: ‘Onder handhoge hemel / gaat door het naaldenoog dezelfde kemel’ (G. Achterberg, Verzamelde gedichten, 1985 (Ultra montes, 1957), p. 911).
Bijbelcitaat: Rijmbijbel (1271), v. 24403-7. Ons here seide ghemeenlike. / Ten ionghers dat een kemel bet mochte. / Eere naelden oghen liden sochte. / Al gheladen dan die vrecke rike. / Dor die porte van hemelrike. (Onze Heer zei samenvattend tot de discipelen dat een kameel gemakkelijker door het oog van een naald zou kunnen gaan -- volledig beladen -- dan een rijke vrek door de hemelpoort.)
Bijbelcitaat: Statenvertaling (1637), Matteüs 19:24. Het is lichter dat een kemel gae door de ooge van een naelde, dan dat een rijcke ingae in het Coninckrijck Godts.
Gebruiksvoorbeeld: Henk gaf Simon een seintje dat hij mee moest komen. Op de gang bleef Van der Plas staan. ‘Dit was op het randje, Simon. Door het oog van de naald. Je zorgt nu als de bliksem dat je ge¬zondheid in orde komt, anders ga je met langdurig verlof.’ (H. Galesloot, Medisch Centrum West Omnibus, 1991 (1988/1989), p. 168/169)
Gebruiksvoorbeeld: Aan de andere kant kroop de Meppeler brigade met Jan Karst Timmerman door het oog van de naald. De goalie stormde op een hoge bal als een kamikazepiloot zijn doel uit, maar was te laat bij de bal. (Meppeler Courant, sept. 1994)
Gebruiksvoorbeeld: De vrede kruipt vaak door het oog van een naald en de beweging probeert de levensdraad tussen vrede en rechtvaardigheid niet te laten breken in ingewikkelde konfliktsituaties. (De Standaard, nov. 1995)
Oog om oog (,tand om tand), omschrijving van een vergelding met een straf van dezelfde zwaarte als het misdrijf; uitspraak die wraakzucht uitdrukt.
In het Oude Testament wordt deze uitdrukking gebruikt om aan te geven hoe bepaalde misdaden vergolden moeten worden: ‘Gij zult hem niet ontzien; leven om leven, oog om oog, tand om tand, hand om hand, voet om voet’ (Deuteronomium 19:21, NBG-vertaling). De meer bekende bijbelplaats staat in het Nieuwe Testament, waar Jezus deze gewoonte afkeurt: ‘Gij hebt gehoord, dat er gezegd is: Oog om oog en tand om tand. Maar Ik zeg u, de boze niet te weerstaan, doch doch wie u een slag geeft op de rechterwang, keer hem ook de andere toe’ (Matteüs 5:38-39, NBG-vertaling; de NBV heeft in beide citaten ‘een oog voor een oog, een tand voor een tand’ etc.). De woorden worden nu niet alleen voor fysieke maar ook voor psychologische handelingen gebruikt, gewoonlijk met een negatieve betekenis, voor het nemen van wraak, het met gelijke munt vergelden van zaken waarvan men juist vanuit ideële opvattingen vindt dat lankmoedigheid betracht zou moeten worden. Soms is het vergeldingsaspect niet zo duidelijk meer, zoals in de volgende creatieve omgang met deze uitdrukking: ‘De zon is een oog geworden. Als een lichtgevende pupil hangt de zon in het midden van zijn bontgekleurde iris en kijkt mij schuldbewust aan. Mijn lichaam kijkt verzadigd terug. Oog om oog, lichaam om zon’ (J.J. Hermsen, Het dameoffer, 1998, p. 192). Hierin vinden we de traditionele poëtische benoeming van de zon als oog, en wordt de uitdrukking oog om oog, tand om tand daaraan gekoppeld.
Bijbelcitaat: Liesveldtbijbel (1526), Deuteronomium 19:21. V ooge en sal sijnder niet ontfermen. Siel om siele, ooghe om ooghe. Tant om tant. Hant om hant. Voet om voet.
Gebruiksvoorbeeld: Midden in de kamer blijft hij staan. Hij laat zijn vingers knakken. Hij zegt: ‘Dat treft, want ik heb nog een kleine erekwestie met je vader te regelen. Oog om oog.’ (R. Dorrestein, Een nacht om te vliegeren, 1987, p. 148)
Gebruiksvoorbeeld: Toch doet de overtuiging ‘Oog om oog’ opgang bij de politicus in spé. (Meppeler Courant, aug. 1993)
Gebruiksvoorbeeld: In een kort geding eiste ze [feministisch advocate Gabi van Driem] ooit een gedwongen aidstest voor een verkrachter omdat zijn slachtoffer zelf geen bloedtest durfde te doen. [...] [Men vond] dat Van Driem op een ‘cynische manier’ pleitte voor oog-om-oog-tand-om-tand. (NRC, 27-3-1999, p. 33)
Oogappel, oogbol, oog; (fig.) persoon die men het meest liefheeft, of zaak die men het belangrijkst vindt, het liefst heeft.
Het woord oogappel, of ‘appel van het oog’, heeft verschillende betekenissen: een deel van het oog; de oogbol; het gehele oog. De ogen staan voor het gezichtsvermogen van de mens en zijn derhalve een belangrijk bezit. Hiernaar verwijst het woord oogappel in de betekenis ‘iemands dierbaarste bezit (persoon of zaak)’. In Deuteronomium 32:10 zegt Mozes over God met betrekking tot Jakob: ‘Hij vond het in een dorre woestijn, / in een niemandsland vol van gevaar. / Hij omringde het met zorg en met liefde, / koesterde het als zijn oogappel’ (NBV). Het woord is nog zeer frequent.
Bijbelcitaat: Liesveldtbijbel (1526), Spreuken 7:2. Hout mijn geboden, so sult ghi leuen, Ende mijn wet, gelijc uwen ooch appele. (De Statenvertaling (1637) heeft appel uwer oogen.)
Gebruiksvoorbeeld: Het portret van z’n vrouw was maar bijzaak, dat was alleen maar goed om er z’n ware bedoeling achter te verbergen. Het ging om z’n zoon, die oogappel van z’n vrouw. (A. Blaman, Overdag en andere verhalen, 1957, p. 103)
Gebruiksvoorbeeld: Hun ongelukkige dochter, die haar handicap altijd zo moedig had weten te dragen, en daarbij nog het zonnetje in huis was geweest, vaders oogappel, moeders toeverlaat, liet zich hier onder hun ogen aflikken door de een of andere langharige student. (A.F.Th. van der Heijden, De sandwich. Een requiem, 1989, p. 95)
Gebruiksvoorbeeld: Stimulering van duurzaam bouwen mag met recht de oogappel van de staatssecretaris worden genoemd. (Tweede Kamer, nov. 1995)