Definities van Algemeen Nederlands Woordenboek in de Ensie U
- u aller vriend
- u beider belang
- U-balk
- U-bocht
- U-boot
- U-profiel
- U-vormig
- überopvoeder
- überouder
- überseksueel
- UCI
- UCI-ranking
- UCI-voorzitter
- UEFA
- Ugandese
- ui
- uiensoep
- uil
- uil van Minerva
- uilachtig
- uilen naar Athene dragen
- uilenbal
- uilenbord
- uilenbril
- uilencafé
- uilenei
- uilengat
- uilenjong
- uilenkast
- uilennestkast
- uilenpan
- uilin
- uilskuiken
- uiltje
- uit ander hout gesneden zijn
- uit anderen hoofde
- uit de aard der zaak
- uit de bloemkool komen
- uit de bloemkool kruipen
- uit de boerenkool komen
- uit de boot dreigen te vallen
- uit de boot vallen
- uit de bus komen
- uit de bus rollen
- uit de dieperik geraken
- uit de kerk treden
- uit de kool komen
- uit de kuiten schudden
- uit de kunst
- uit de luiers
- uit de vaart nemen
- uit de verte
- uit de weg gaan
- uit de weg ruimen
- uit de weg slepen
- uit de weg springen
- uit de weg staan
- uit de weg zijn
- uit den boze
- uit eten
- uit eten gaan
- uit het boekje
- uit het goede hout gesneden zijn
- uit hetzelfde hout gesneden zijn
- uit hout waarvan men helden maakt
- uit iemands hand eten
- uit vroegere decennia
- uit vroegere eeuwen
- uit zijn kot komen
- uit zijn neus vreten
- uit zijn slof schieten
- uitbaten
- uitbater
- uitbehandeld
- uitblinker
- uitbreidingsmogelijkheid
- uitcheckpaal
- uitclub
- uitdager
- uitdrukkingsmogelijkheid
- uitduel
- uitentreuren
- uiterwaard
- uitfoeteren
- uitgaansavond
- uitgaansmogelijkheid
- uitgavenvermindering
- uitgekookt
- uitgerekende datum
- uitgespeeld doelpunt
- uitgestelde friet
- uitgestotene
- uitgetelde datum
- uitgever
- uitgewekene
- uithof
- uithollen
- uitkafferen
- uitkeringstoerisme
- uitleentermijn
