Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 29-10-2020

uit de weg gaan

betekenis & definitie

opzijgaan, weggaan, zodat men geen hinder of geen belemmering meer oplevert voor de doorgang of plaats van iemand of iets.

Voorbeelden:
Wij zijn wat opzij gegaan, uit de weg.
Clem Schouwenaars, Liliane, of De spiegelingen van leugen en liefde, 1983

Ga es uit de weg, zei ze tegen mij.
R.J. Peskens, Twee vorstinnen en een vorst, 1976

< >