Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

Gepubliceerd op 03-02-2023

nachttafel

betekenis & definitie

Kaptafel, toilettafel (in een slaapkamer); - m.n. in de verkl.: nachtkastje (naast het bed).

Toen ik echter op één been ging staan om mijn eerste kous uit te trekken, viel ik tegen de nachttafel aan en zij schoot wakker, ELSSCHOT 1960, 421.

Ze lag met de benen naar de spiegel op mijn nachttafel gekeerd. Haar benen lagen gespreid zoals die van de meisjes aan zee en ik zag haar broek, PAUWELS 1971, 31.

Hij sloeg zeer luidruchtig ... de deur van de kleerkast achter zich dicht, stootte ook nog met fors geweld tegen het nachttafeltje, alvorens hij met luide plof op zijn bed neerviel, Vrouw en Wereld juli/aug. 1974, p. 31.

Nachten lang lag ik wakker. Op de nachttafel lag er pen en papier bij de hand om alle aantekeningen en berekeningen te maken die in mijn zorgenhoofd opkwamen, Vrouw en Wereld juni 1976, p. 33.

Luxe slaapkamer: kleerkast 5 deurs - 2 nachttafels zonder bovenkast - 1 lavabo - bed - ressort, Gent 12/8/1976, p. 20.

Ook o.a.: Uit een reclamefolder Meise jan. 1977.

< >