Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

Gepubliceerd op 03-02-2023

kerststronk

betekenis & definitie

Speciaal kerstgebak in de vorm van een stuk boomstam of houtblok, bedekt met chocolade die er uitziet als boomschors; vert. van fr. bûche de Noël; te vergelijken met de kerststaaf (veelal zonder chocolade) in Nederl.

Kersttronk ... - Schuin de zijkanten af. - Rond het gebak aan de bovenkant af zodat men een tronk bekomt, Koken ± 1968, 243.

We herinneren Jan aan het krentenbrood met kaas zonder kersttronk... en Mia eet van de rijstschotel méér dan ze gewoon is, Vrouw en Wereld dec. 1974, p. 21.

Al weken zijn we in de weer met het kopen van cadeautjes. Iedereen doet erg geheimzinnig. Moeder bakt kerststronken en krentekoeken, doorbladert kookboeken enz., Vrouw en Wereld dec. 1975, p. 8.

< >