Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

Gepubliceerd op 03-02-2023

erg

betekenis & definitie

I. Als bnw.

Van pers.: sluw, listig; bekwaam, handig; uitdagend, brutaal; van zaken: kwaad, bedenkelijk, ernstig.

Toen het raadslid zijn standpunt handhaafde, noemde burgemeester De R. diens uitlatingen «een erge zaak» die zal onderzocht worden, Gazet v. Antw. 1973.

II. Als znw.

Dat kan geen erg, geen kwaad; - geen erg geven, doen alsof men iets niet opmerkt.