Kom(metje), kopje (koffie enz.).
’s Avonds zat ik in de keuken bij een jat koffie en een stuk brood, CLAES 1960, 39.
Kom, drink een jatteke koffie, kind, en eet een boterhammeke mee, dat zal u rap verwarmen, Vrouw en Wereld nov. 1977, p. 22.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: