jat
Het begrip jat heeft 3 verschillende betekenissen: 1) hand. 2) het jatten. het jatten; het stelen; diefstal; inbraak. 3) kop. kop; koffiekop.
Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)
Het begrip jat heeft 3 verschillende betekenissen: 1) hand. 2) het jatten. het jatten; het stelen; diefstal; inbraak. 3) kop. kop; koffiekop.
Wiktionary (2019)
jat - Zelfstandignaamwoord 1. (Jiddisch-Hebreeuws) hand jat - Werkwoord 1. enkelvoud tegenwoordige tijd van jatten 2. gebiedenwijs van jatten Woordherkomst Herkomst: Bargoens Verwante begrippen Hebreeuws/Jiddisj: jad
Ewoud Sanders (2019)
hand In 1858 voor het eerst opgetekend, in het levensverhaal dat ‘een ontslagen gevangene’ vertelde aan mr. C.J.N. Nieuwenhuis. Het komt hierin voor in de zin: ‘Onder zijne jatten werd ik bijna zoo knap als hij.’ Via het Jiddisch afgeleid van het Hebreeuwse jad, dat ‘hand’ betekent. Köster Henke geeft in 1906 onder meer als voorbeeldzinnen:...
Ditte Simons en Hans Heestermans (2014)
(< Jidd. jad < Hebr. jahd, hand), hand: Ik zwom met haar (een drenkeling) naar de kant waar een stelletje mensen versuft stonden te kijken. Niemand stak een jat uit, HARING ARIE1 116.
Peter Bakema (2003)
(de, -ten) kopje. - een jat koffie, een kopje koffie. - een jat soep, een kommetje soep.
Walter De Clerck (1981)
Kom(metje), kopje (koffie enz.). ’s Avonds zat ik in de keuken bij een jat koffie en een stuk brood, CLAES 1960, 39. Kom, drink een jatteke koffie, kind, en eet een boterhammeke mee, dat zal u rap verwarmen, Vrouw en Wereld nov. 1977, p. 22.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: