Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

Gepubliceerd op 03-02-2023

gerief

betekenis & definitie

In ’t alg. ter aand. van wat men nodig heeft; ook in toep. op winkelwaar; ik heb mijn gerief niet kunnen vinden (bij het boodschappen doen); - in ’t bijz.: gerei, gereedschap, benodigdheden; materiaal enz.; (gemeenz.) spullen.

’s Avonds, bij het naar huis gaan, ziet hij van verre tegen de nieuwe bouw van dokter Everaert panlatten liggen. „Dat is mijn gerief”, denkt hij, WEYTS 1950, 78.

Allemaal gerief om mee op kamp te gaan, ze willen zeggen hoe eer ge ’t hier afstapt hoe liever, VERSTEYLEN 1964, 63.

Al wat ge wint op uw veld en kweekt in uw stal gaat puur voor niet van de hof en ge moet gij uw gerief... zo duur blijven betalen dat ge op ’t eind van ’t jaar niet toekomt, WALSCHAP 1976, 125.

Restjes van timmerwerken aan je woning zijn het ideale gerief om tot houten blokken gezaagd te worden, Vrouw en Wereld nov. 1976, p. 39.

Afl./Sam.: gerievig, (w.g.) gemakkelijk, geriefelijk, comfortabel (Goed gelegen gerievig woonhuis, Gentenaar 8/5/1977); - bakgerief (Bakgerief om zandpasteien te maken, TEIRLINCK 1952, 2, 124); borduurgerief (TEIRLINCK 1952, 2, 22); eetgerief; inbrekersgerief (Zij waren in het bezit van glassnijders, handschoenen en inbrekersgerief, Gentenaar 16/8/1977); kantoorgerief, kantoorbenodigdheden (Knack 18/4/1973); keukengerief (Wdl), keukengerei (Een kast op drie pikkels verbergt al hun keukengerief, DEWACHTER 1942, 7.

Met huis-, tuin- en keukengerief wordt een complex wereldbeeld opgehangen, het leven wordt in al zijn nuances getekend, Maand febr. 1977, p. 12); naaigerief, naaigerei (Westkust 19/8/1976, p. 9); rookgerief, rookgerei (Mimi schoof gehaast het doosje met rookgerief naar hem toe, VAN AKEN 1965, 184. Gentenaar 12/8/1977); scheergerief; schoolgerief (zie ald.); schrijfgerief (Wdl), schrijfgerei, schrijfbenodigdheden (Mijn energie komt weer.

Vinnig scharrel ik schrijfgerief bijeen, Vrouw en Wereld juli/aug. 1974, p. 71); slaapgerief (Gentenaar 12/8/1977); tekengerief, tekengerei (Hoe kan men b.v. werken met verschillende soorten tekengerief? Vrouw en Wereld juli-aug. 1975, p. 5); wasgerief enz. (Zie ook op het eerste lid).

< >