Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

Gepubliceerd op 03-02-2023

aankleven

betekenis & definitie

I. (Ideeën, stellingen e.d.) aanhangen, verdedigen.

Gevaarlijke theorieën op dat stuk worden door vooraanstaanden niet alleen aangekleefd, maar toegepast, VAN HEMELDONCK 1945, 59.

Toch slaagde hij er niet in zich aan te sluiten bij de verouderde ideeën, die men er nog aankleefde. Van dit oogenblik af ontstond in hem de drang om zelf aan navorschingen te doen, VANDEN MAELDERE 1946, 173.

Ik geloof dat ik niet de enige ben die de stelling aankleef dat de aanslag op de president niet het werk kan zijn van een enkeling. Er werd dus gekomplotteerd, VAN REMOORTERE 1965, 199.

II. (van aankleef m.) (Ambt. schrijft.).

1. Bijhorende kosten, in de verb. na betaling van koopsom en aankleven e.d.

Ingebruiktreding mits betaling van koopprijs en aankleven, Uit een reclamefolder Meise, jan. 1977, p. 18.

Een welgelegen perceel bouwgrond te St.-Martens-Latem.... Onmiddellijk vrij van gebruik mits betaling van koopsom en aankleven, Gentenaar 30/5/1977.

2. In toep. op bijgebouwen, omheiningen enz. die bij een onroerend goed behoren: toebehoren; (ambt. t.) aanhorigheden.

Openbare verkoping van een goed huis met aankleven, garage en zwembad en een perceel grond... te Rotselaar, Klokske 27/4/1978.