Definities van Woordenboek van Populair Taalgebruik in de Ensie Z
- geen zaad in het bakje
- geen zak
- geen zang, geen vang
- geen zolder in zijn neus hebben
- gekleed als een hond op zijn zondags
- goed Zeeuws, goed rond
- goeie zin hebben
- haal je zak uit je handen
- heb je het ooit zo zout gegeten?
- heb je zand in je kut?
- hebben wij samen de zwijnen gehoed?
- hersenloze zaadcel
- het beste onder de zon
- het bezit van de zaak is het eind van het vermaak
- het is een ziekte gespaard
- het is weer zurkelsoep
- het op z’n zemelen krijgen
- het staat op zilveren raders
- het stof uit je zaadstengel kloppen
- het wel gezien hebben
- het zaad zijn
- het zal je maar gezegd worden
- het zal mij een Zomerzorg zijn
- het zandmannetje komt
- het zat zijn
- het zijn zotten die werken
- het zilver laten zien
- het zitten hebben
- het zot in de kop hebben
- het zout der aarde
- het zuur hebben
- het zwaar zitten hebben
- het zwakke geslacht
- het zwart manneke
- het zwarte dorp
- het zwarte garen niet uitgevonden hebben
- het zwarte Nazareth
- het zwijn door de bieten jagen
- het Zwolse besluit draait altijd op stront uit
- hij heeft het zwaantje
- hij heeft zijn zuster verkocht
- hij is een zandfabriek begonnen
- hij is uit zand kruien
- hij is voor zessen gepord
- hij pompt zand
- hij zeit wat
- hoe hoger de zolder, hoe lager de vloer
- iemand de zwarte piet toeschuiven
- iemand het zwijgen opleggen
- iemand in de zak steken
- iemand in de zak zetten (piesen, schijten)
- iemand in de zeef nemen
- iemand in de zeik laten staan
- iemand in de zeik zetten (nemen, drukken)
- iemand in zijn zak hebben
- iemand in zijn zak pissen
- iemand in zuidelijke richting uitzetten
- iemand laten zakken
- iemand op zijn ziel geven (komen)
- iemand zijn zaligheid geven
- iemand zijn zolderluikjes dichttimmeren
- iemand zijn zondag geven
- ik ben niet zo van
- ik ga het zeggen, Walter
- ik heb zoiets van
- ik lust wel van het hele zwijn
- ik zweer het
- in de rooie zaagsel zitten
- in de zak gescheten worden
- in de zeik zitten
- in de zomerstand zetten
- in de zwirlink hebben
- in dezelfde zak steken
- in een zakje spreken
- in een zetel winnen
- in eigen zak schijten
- in geen zak lopen
- in het zadel
- in het zout gaan
- in het zwaantje wonen
- ja zuster, nee zuster
- je kunt altijd nog een zak over haar hoofd doen
- je kunt geen ijzer leren zwemmen
- je kunt m’n zak opblazen
- je kunt niet een beetje zwanger zijn
- je kunt zwiepen
- je moet nog het zand van je gat spoelen
- je zal je zuster bedoelen
- je zondag komt onder je maandag uit
- je zou er zestig van worden
- je zuster (op een houtvlot)
- je zuster in een broodzak
- je zuster op een draaibord
- je zusters dominee
- klap zes met een betrokken lucht
- krijg de zeik
- krijg de zemelen
- krijg de zenuwen
- krijg de zenuwkoorts met kaantjes
- krijg de ziekte