Russisch schrijfster en dichteres (Bjelew 20 Nov. 1869 - 1945), vrouw van de romancier Meresjkowskij. Haar werk, dat een veelzijdig karakter draagt, omvat o.a. gedichten, essays, critieken en verhalen.
Als dichteres onderging zij de invloeden van Tjoetsjew* en, wat haar ideeën betreft, van Dostojewski. Men heeft wel van haar gezegd dat ze „ideeën voelt”. Met haar man en met de schrijver Filosofow stichtte zij in 1903 het tijdschrift de Novy Poetj „de nieuwe weg” (waarin ook Blok en Bjeli schreven). Zij behoorde tot de felste tegenstanders van de Bolsjewiki en verliet dan ook tijdens de revolutie Rusland om zich met haar man in Parijs te vestigen. Wil men haar in haar vlijmend sarcasme leren kennen, dan leze men Petrograd, een satire op de herdoping van Ruslands voormalige hoofdstad. Haar Petersburgs dagboek Peterburgski Djewnik geeft een beschrijving van wat zij in de jaren 1915-1919 doorleefde.Bibl. (o.a.): Roman: Tsarewitcg (1914); Gedichten: Sticki (Berlin 1922, ook in Duitse vert.).