is een virusziekte die alleen bij varkens voorkomt. Het zich voordoen van dit zeer besmettelijk lijden kan zeer wisselen; soms merkt men enige jaren lang de ziekte in Nederland niet of nauwelijks op, doch dan weer, bijv. sinds Jan. 1952, doen zich zeer vele gevallen voor.
Het is een acute ziekte, gekenmerkt door hoge koorts, bleek worden, onzekere gang en darmstoornissen. Naarmate de ziekte in een meer chronisch stadium overgaat wordt de diarrhee het meest opvallende symptoom. Varkenspest wordt dikwijls verergerd door secundaire infecties (paratyphus). In veel gevallen is het verloop ongunstig. Het immuunserum tegen varkenspest, bereid bij varkens (en daarom vrij duur) heeft geen genezende, wel, voor korte tijd, een voorbehoedende werking. Specifieke geneesmiddelen zijn onbekend. De ziekte wordt bestreden door wettelijke maatregelen, voortvloeiende uit de „Veewet”, en door voorbehoedende entingen; men kent hiervoor verschillende goed bruikbare methoden.Lit.: Hagan and Bruner, The Infectious Diseases of Domestic Animals (1951).
