(ook Paumotu-, Tuamotu- of Lage eilanden) heten een 76-tal eilanden in het O. van de Grote Oceaan, gelegen tussen 14° en 23° Z.Br. en 1350 en 140° O.L. Alle eilanden zijn atollen maar Makatea-eiland is een opgeheven atol en bereikt een grotere hoogte, terwijl de lagune een vruchtbare vlakte is.
Op de overige eilanden, bijv. Anaa, Takaroa, Rangiroa en Hikueru, ontbreekt vruchtbare grond. De totale oppervlakte van de eilanden zou 821 km2 bedragen.Het klimaat kenmerkt zich door zeer hoge temperaturen van Nov. tot Apr. en betrekkelijk veel regen, maar het is door de bodemgesteldheid dikwijls moeilijk om aan drinkwater te komen. Alle eilanden zijn begroeid met kokospalmen, die, behalve dat ze voedsel leveren, ook het tekort aan water aanvullen. De zee en de lagunen leveren behalve vis ook schildpad, parels en kreeften. Op Makatea wordt een begin gemaakt met de ontginning van de 10 millioen ton grote phosphaatvoorraad.
De eilanden zijn na 1606 door verschillende zeevaarders ontdekt, o.a. in 1616 door Schouten. De Westelijke eilanden zijn in 1842 en de overige in 1880 door Frankrijk geannexeerd. Ze vormen nu een deel van Frans Oceanië en worden van Papeete uit bestuurd. Het aantal inwoners bedraagt 5100.
A. C. W. KOREVAAR.
