Sir, (Birmingham 4 Mrt 1854 - 23 Mrt 1945), een der grootste meteorologen van deze eeuw. Hij studeerde te Birmingham en aan „Emmanuel College” te Cambridge, alwaar hij van 1887 tot 1899 aan de universiteit lector in de experimentele natuurkunde was.
In 1897 werd hij lid, in 1900 secretaris van de „Meteorological Council”, van 1905 tot 1920 was hij directeur van het Meteorological Office. Laatstgenoemd instituut werd door hem gereorganiseerd en belangrijk uitgebreid en kwam onder zijn leiding tot groot aanzien. Ook in de Internationale Meteorologische Organisatie speelde hij een leidinggevende rol.Een zijner eerste belangrijke publicaties (van hem en R. G. K. Lempfert) was The Life History of Surface Air Currents (1906). In 1911 verscheen zijn boek Forecasting Weather (3de dr. 1940). Veel werd door hem ook gedaan voor het onderzoek der hogere luchtlagen.
Van hem afkomstig is o.a. het thermodynamische diagram genaamd „tephigram”. Van 1920-1924 was hij hoogleraar in de meteorologie te Londen. In 1926 verscheen het eerste deel van zijn standaardwerk Manual of Meteorology (4 dln, 1926-1931). Zijn betekenis als leidinggevende en inspirerende figuur in de meteorologie is moeilijk te overschatten.
Lit.: Quarterly J. Roy. Met. Soc. 60 (Apr. 1934) en 71, 187 (1945).
