Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 17-10-2024

SCHADUW

betekenis & definitie

noemt men de donkere ruimte achter een ondoorzichtig lichaam, dat door een lichtbron wordt beschenen. Is de lichtbron een punt, dan is de schaduw een kegel, met de top in het lichtpunt, en die door het lichaam wordt begrensd.

Brengt men een scherm achter het lichaam, dan worden de contouren door scherpe lijnen afgebeeld. Heeft de lichtbron daarentegen een zekere uitgebreidheid, dan werpt elk punt van de lichtbron zijn eigen schaduwkegel. Deze kegels vormen te zamen de schaduw.Men onderscheidt hierin de kernschaduw, waarin van geen enkel punt van de lichtbron licht doordringt, en de bijschaduw of halfschaduw, waarin een gedeelte van de lichtbron zichtbaar is. Op een scherm achter het voorwerp neemt men nu de slagschaduw waar. Het binnenste (in de kernschaduw) is geheel donker, daaromheen in de bijschaduw is een gebied, dat naar buiten helderder wordt en geleidelijk in het geheel verlichte gebied overgaat. Is de lichtbron groter in een afmeting dan het voorwerp, dan zal op enige afstand alleen bijschaduw worden waargenomen.

De leer van de schaduw is van belang voor het begrijpen van zons- en maansverduisteringen. In deze gevallen zijn lichtbron en voorwerp beide bollen.

< >