Westduits stadje in het Land Rijnland-Palts, vroeger hoofdstad van het graafschap Katzenelnbogen, met (1952) 2000 inw. (1939 1800; 1945 1820), v. w. 50 pct R.K., 50 pct Prot., ligt aan de Rijn en aan de spoorlijn Mainz - Koblenz. Het bezit een 15de-eeuwse kerk met graftombe van de landgraaf Philips van Hessen (gest. 1583) en heeft wijnhandel en enige industrie.
Sankt Goar werd door de kluizenaar van deze naam (gest. 1575) gesticht. In de Middeleeuwen lag hier een Rijntol (van Katzenelnbogen). Boven de stad liggen de omvangrijke ruïnes van het voormalige Katzenelnbogense, later Hessische kasteel Rheinfels, dat in 1797 door de Fransen werd verwoest.
Aan de overzijde van de Rijn ligt Sankt Goarshausen, aan de spoorlijn Niederlahnstein - Wiesbaden, met (1946) 1900 inw., v. w. 2/3 Evang. Het heeft wijnbouw, wijnhandel en enige industrie. De boven de stad gelegen kasteelruïne Katz (Neukatzenelnbogen) werd in 1898 gerestaureerd. De plaats werd in 1324 stad.