(Amsterdam 15 Mrt 1880), studeerde theologie aan de V.U. te Amsterdam en promoveerde in 1910 op een proefschrift „Kerkelijke Deputaten”. Hij werd bekend door zijn belangrijke arbeid als Algemeen Secretaris van de N.C.S.V. (onder zijn leiding kwam de stichting „Woudschoten” tot stand) en als Alg.
Secretaris van het Nederl. Bijbelgenootschap (1935-1950).Bibl.: Door Amerika, Japan en Korea naar China (1924); Wat ik op mijn Indische reis zag (1928).