noemt men een toestel ter bepaling van de brekingsindex van het licht.
Dit geschiedt met behulp van de formule (sin i/sin r) = n, waarin i de hoek van inval, r de brekingshoek en n de brekingsindex voorstelt. Deze verhouding is die van de voortplantingssnelheden van het licht in de betreffende middenstoffen. De voornaamste methoden ter bepaling van de brekingsindices zijn de prismatische methode en die van de totale reflectie. Bij de eerste bepaalt men de kleinste hoek van afwijking, die de stralen in een prisma ondergaan, terwijl men bij de tweede methode de grenshoek (z breking) meet. Voor de scheikunde is de nauwkeurige bepaling van de brekingsindex van veel belang bij het onderzoek naar de samenstelling der stof.