Met het doel, door het scheppen van een sluitend systeem van internationale rechtspraak voor geschillen tussen staten, de algemene vrede en de internationale veiligheid te verzekeren en een verantwoorde bewapeningsvermindering mogelijk te maken, werd op 2 Oct. 1924 gedurende de vijfde Volkenbondsvergadering te Genève het zgn. protocol van Genève (protocole pour le règlement pacifique des différends internationaux) opgesteld. Dit protocol, dat van het standpunt uitgaat, dat alle tussen staten ontstane geschillen aan de uitspraak van scheidsrechters moeten kunnen worden onderworpen, betekende een grote vooruitgang op het gebied der vreedzame beslechting van geschillen, daar het de Volkenbondsraad mogelijk zou maken geschillen, die niet aan het Permanente Hof van Internationale Justitie, aan arbitrage of aan conciliatie-commissies werden onderworpen, onafhankelijk van de wil van partijen naar arbiters te verwijzen (art. 4), terwijl in geen geval partijen vrijheid zouden hebben tot oorlog voeren, behalve in wettige zelfverdediging tegen een aanvalsoorlog (art. 2).
Op dit verdrag werden grote verwachtingen gevestigd. Het is evenwel nooit geratificeerd, terwijl slechts weinig landen het hebben ondertekend. Niettemin is het een zeer belangrijk document in de geschiedenis van de ontwikkeling van de vreedzame beslechting van internationale geschillen.
Latere verdragen hebben een deel der regels van het protocol overgenomen of onnodig gemaakt.
MR L. V. LEDEBOER
Lit.: A. Sottile, Le règlement pacifique des différends internationaux dans le protocole adopté par la Ve Ass. de la S. d. N., le 2 oct. 1924 (1924); W. Schücking, Das Genfer Protokoll (Frankfurt a.
M. 1924); J. H. W. Ve rz ij 1, Het protocol van Genève enz. (Vragen des Tijds, Nov. 1924); P.
J. Noël Baker, The Geneva protocol etc. (London 1925); H. Wehberg, Le protocole de Genève (Rec. d. Cours de l’Ac. de dr. intem. de La Haye, dl 7 (Paris 1926).