Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 18-10-2023

NIHILISME

betekenis & definitie

van Latijn nihil — niets, sedert Friedr. Heinr.

Jacobi (Sendschreiben an Fichte, 1799) benaming voor de uiterste ontkenning. Men kan onderscheiden tussen theoretisch nihilisme, dat de mogelijkheid van geldige kennis loochent (z agnosticisme), ethisch nihilisme, dat elke zedelijke norm en waarde, en politiek nihilisme, dat elke gebonden maatschappelijke orde ontkent. Meer in het bijzonder heeft de naam zich gehecht aan een literair-sociale stroming in het Rusland van de 2de helft der 19de eeuw, waarbij men weer onderscheiden moet tussen het begrip zoals de Russen zelf het opvatten en zoals het in de Westeuropese literatuur over Rusland wordt begrepen. De laatste toch is geneigd het toe te passen op alle revolutionnaire verschijnselen in Rusland van ca 1860 af tot ongeveer het begin van de 20ste eeuw toe en neemt het begrip niet alleen tijdelijk, maar ook ruimtelijk wijder, zodat bijv. de literaire en politieke werkzaamheid van Tsjernysjewskij er onder valt, terwijl het nihilisme in de Russische opvatting beperkt blijft tot een zuiver literair-sociologisch verschijnsel tussen 1860 en 1870. Dit Russische nihilisme dankt zijn naam aan de roman van Toergenjew Vaders en Kinderen (1861), waarvan een der figuren, de jonge Jewgenij Bazarow, nihilist genoemd wordt. „Een nihilist”, zegt Arkadij Kirsanow in deze roman „is een mens, die zich buigt voor geen autoriteiten, die geen enkel principe op goed vertrouwen aanneemt, welke achting men ook van allerlei zijden daaraan toedraagt”. Concreet moet men onder dit nihilisme verstaan de scherpe ontkenning van alle principes en tradities der Russische adelscultuur, dat wilde destijds zeggen van alle Russische cultuur in het algemeen: idealistische filosofie, religieuze vooroordelen, aesthetische waarde-oordelen en de daarop berustende ethische maatstaven en zich daarnaar richtende gedragsregels.

Als zodanig is dit nihilisme uitdrukking van de nieuwe, zich baanbrekende klein-burgerlijke cultuur der Russische intelligentsia en ten onrechte heeft men daaruit soms in West-Europa geconcludeerd, dat de Russische nihilisten alle gedachte en redelijkheid ontkenden en in de practijk trotseerden. Zij zelf noemden zich aanvankelijk verstandige realisten, leefden eerder puriteins dan epicureïsch, eerder altruïstisch dan egoïstisch en nemen pas later de hun door hun vijanden gegeven benaming nihilisten over. Het tijdschrift Roesskoje Slowo (Russisch Woord) onder leiding van Pisarew is een tijdlang het orgaan dezer richting geweest.PROF. DR J. M. ROMEIN

Lit.: K. Oldenberg, Der russische Nihilismus von seinen Anfangen bis z. Gegenwart (Leipzig 1888); Th. Funck-Brentano, Les sophistes allemands et les nihilistes russes (Paris 1887); Th. G. Masaryk, Zur russ.

Gesch. u. Religionsphilosophie, dl 2 (Jena 1913); N. van Wijk, Geestelik leven en letterkunde in Rusland gedur. de 19de eeuw (Zeist 1920).

< >