(1) of volledig EIon Moré (Hebreeuws orakelboom, waarzeggerboom). Aldus wordt in Gen. 12 :6 de boom (eik of terpentijnboom) geheten, waarbij Abraham een altaar bouwt (vgl. ook Deut.
II : 30). Deze boom moet ook in Gen. 35 : 4, Joz. 24 : 26 en Richt. 9 : 6 bedoeld zijn. Reeds de Samaritaanse traditie plaatste de heilige boom bij het tegenwoordige dorp Balata, de oude stad Sichern.Moré in Richt. 7 : 1 is echter een heuvel, die met de „kleine Hermon”, gelegen tussen Nazareth en Jezreël, mag worden vereenzelvigd.
(2) (Hebreeuws = leraar), titel van de Joodse theoloog, die tot zelfstandig leraar gepromoveerd is. In grote gemeenten is de graad van Moré vereist om tot Rabbijn benoemd te kunnen worden.
