kunsthistoricus (Cassel 31 Mrt 1879 - Amsterdam 31 Mei 1944), studeerde te Berlijn, Amsterdam en Bonn philologie en kunstgeschiedenis. Sedert 1908 aan het Rijksprentenkabinet te Amsterdam verbonden, was hij daar sinds 1934 conservator.
Van 1941-1944 was hij waarnemend hoofddirecteur van het Rijksmuseum. Hij was een uitstekend kenner van tekeningen en prenten.Bibl.: Illustr. Ausgaben von Ovids Metamorphosen im XV. XVI. und XVII. Jahrh. in: Vorträge d. Bibl. Warburg, Bd VI (1926-1927) (Leipzig 1929); Le Dessin hollandais des origines au XVIIIe siècle (Paris 1931); Catal. v. d.
Ned. teekeningen in het Rijksmuseum. I Teekeningen v. Rembrandt en zijn school (’s-Gravenhage 1942). Voorts talr. artt. in binnen- en buitenl. tydschr.
Lit.: Maandblad v. beeld, kunst, dl XXI (1944), p. 88.