de grootste encyclopaedist der Romeinen, die ook zelfstandig als dichter optrad (Reate 116-27 v- Chr.) diende als officier onder Pompejus, werd na de dood van Caesar door Antonius vervolgd, doch ontsnapte aan de dood. Zijn oeuvre was enorm, het wordt op grond van de overgeleverde titels en fragmenten op 74 geschriften in ca 620 boeken berekend.
In de politiek was hij oorspronkelijk een tegenstander van Caesar, met wie hij zich niet alleen verzoende, maar wie hij ook een deel zijner Antiquitates opdroeg. Een schat van scherts en ernst behelsden zijn Saturae Menippeae, die tot het door de cynische school, speciaal door Menippos van Gadara, beoefende genre behoorden. Evenzeer waren zelfstandige producten van zijn geest zijn Logistorici, verhandelingen van filosofisch en historisch karakter over algemene onderwerpen als vrede, gezondheid, opvoeding der kinderen enz. Het eerste Latijnse geïllustreerde boek vormden zijn Imagines, portretten van Grieken en Romeinen met bijschriften. Zijn hoofdwerk waren de Antiquitates rerum humanarum et divinarum, dat de gehele Romeinse oudheidkunde omvatte en een vaderlandslievend doel beoogde: de Oudheid te beschrijven als toonbeeld voor zijn tijdgenoten; fragmenten hiervan zijn o.a. bij Tertullianus Ad Nationes en Augustinus De Civitate Dei bewaard, en uitg. d. R. Agahd, in: Jahrbücher für Klass. Philol., Suppl.XXIV (1898). Verder: zijn Disciplinae, de eerste encyclopaedie der artes liberales. Bewaard zijn van zijn 25 boeken omvattend werk De lingua latina, aan Cicero opgedragen, de boeken 5-10, vooral wegens de talrijke citaten van verloren auteurs belangrijk; en dan zijn geschrift over de landbouw De re rustica.
Bibl.: Saturarum Menippearum reliquiae, ree. A. Riese (Leipzig 1865), ook in Petronius, Satyrae, uitg. d. F. Bücheler-G. Heraeus, 6de dr. (Berolini 1922); De lingua latina uitg. d. G. Goetz en F. Schoell (Leipzig 1910), met Eng. vert. d. R. G. Kent (London 1938, herdr. 1951, Loeb Class. Libr.); De re rustica, uitg. d. H. Keil-G. Goetz, 2de dr. (Berlin, Teubner 1929) en d. W. D. Hooper-H. B. Ash, met Eng. vert. (London 1934).
Lit.: G. Boissier, La vie et les ouvrages de M.T.V. (1861); E. Bolisani, Varrone Menippeo (Padova 1936).