Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 04-07-2022

Leos janácek

betekenis & definitie

Tsjechisch componist (Hukvaldy 3 Juli 1854 - Ostrau 12 Aug. 1928), vestigde hij zich in 1881 te Brünn, stichtte een organistenschool, waaraan hij bijna veertig jaar les gaf. In 1920 werd zijn school door de staat overgenomen en hijzelf tot leraar benoemd aan het conservatorium te Praag, welke functie hij tot zijn dood vervulde.

Janácek heeft tal van Tsjechische volksliederen verzameld en in bundels uitgegeven, hij heeft ze echter niet in zijn eigen composities gebruikt. Wel had het rhythme van de Tsjechische spreektaal grote invloed op zijn componeren; tal van markante thematische structuren bij Janácek zijn er door geïnspireerd. Hij leefde als een vergeten provinciale muziekleraar tot op zijn 62ste jaar zijn opera Jenufa in de hofopera te Wenen werd uitgevoerd en vervolgens een wereldsucces bleek te zijn.Werken : de opera’s Sarka, Jenufa, Osud, Vÿhety Pânë Brouèkovy, Katja Kabanowa, Bystrouska (het sluwe vosje), Vec Makropulos en Aus einem Totenhaus; voor orkest 2 suites, 2 ballades, een symphoniëtta en de rhapsodie Taras Bulba; kamermuziek o.m. een blaassextet, een strijkkwintet, een strijkkwartet, een pianotrio, een vioolsonate; een pianosonate en kleinere pianostukken; de Glagolskaja Mis, koorwerken met en zonder orkest; liederen en muziektheoretische geschriften.

Lit.: Max Brod, L. J. (Praag 1924, Duitse vert. 1925); D. Muller, L. J. (Paris 1930).

< >