(Frans Lowaige), Vlaamse taalgrensgemeente in Belgisch Limburg, aan de Jeker, in het golvende Haspengouw, op leembodem geschikt voor landbouw, groot 689 ha (voedingsnijverheid), telt (1950) 1031 inw. Oorsprong van het dorp was een Romeinse militaire nederzetting met vesting.
In de Middeleeuwen behoorde Lauw tot de vrijheid Tongeren. De kerk, herbouwd in 1866, heeft een Vroeggothisch koor.Lit.: H. Baillien, De gsch. v. L. (Tongeren 1930).